
12
Gebruik van de inductiekookplaat
De bovenste oven en de achterste
verwarmingszones delen dezelfde
energiebron (dezelfde elektrische fase)
wanneer zij tegelijk gebruikt worden.
De stroom die naar de achterste
verwarmingszones gaat, wisselt al naar
gelang hoeveel stroom de bovenste oven
nodig heeft. Hoe meer stroom wordt
gebruikt voor de oven (bijv. snelstart, over-
/onderverwarming, gratineren of maxgrill),
hoe minder stroom beschikbaar is voor de
achterste verwarmingszones.
Wanneer een zone niet ten volle gebruikt
kan worden gaat de display voor de
geselecteerde zone knipperen tussen de
maximaal beschikbare voeding en de
ingestelde waarde.
Wanneer de oven uitgeschakeld wordt,
keert de zone automatisch terug naar de
ingestelde waarde.
De kookplaat heeft vier hittezones. Deze
worden verwarmd met behulp van een
magnetisch veld, oftewel
INDUCTIE
. Dit betekent dat
• het koken sneller gaat vergeleken
met een normale glazen kookplaat
• de zone "direct" reageert op een
verandering in de ingestelde
temperatuur.
NB: de inductiezones kunnen na
gebruik nog heet zijn.
Het glas in de kookplaat is bestand tegen
hitte, kou en snelle
temperatuurwisselingen, maar is niet
schokbestendig. De plaat kan breken door
een kruidenpotje of pepermolen die erop
valt. Gebruik de kookplaat nooit om op te
staan of om hier spullen op neer te zetten
of te bewaren.
Een gebroken plaat of een oven met
een gebroken timerglas nooit
gebruiken.
Vloeistoffen kunnen, wanneer ze
overkoken of tijdens het schoonmaken,
tot diep in de actieve elektrische
onderdelen binnendringen. Schakel de
stroomtoevoer naar het fornuis uit en
neem contact op met Service voor
reparaties. Nooit metalen voorwerpen
zoals deksels, messen en lepels op de
kookplaat plaatsen. Wanneer per
ongeluk een verwarmingszone wordt
aangezet wordt deze heet.
Om schade aan de kookplaat te
voorkomen moet u deze direct na
gebruik (wanneer de plaat nog heet is)
schoonmaken met de schraper om
suiker en gemorst materiaal met een
hoog suikergehalte (bijv. jam) te
verwijderen, maar ook eventueel
gesmolten plastic of folie.
Laat een frituurpan, smeltend vet,
paraffine of een andere snel
ontbrandende stof nooit onbewaakt
staan. In geval van brand de knoppen
van het fornuis uitdraaien en de
koelventilator uitzetten.
DOOF
HET
VUUR
MET
EEN
DEKSEL
, nooit met water.
Let erop dat er geen zand, suiker of zout
aan de potten of pannen zit. Zand kan
krassen veroorzaken; suiker en zout
kunnen de keramische glasplaat ernstig
beschadigen. Droog potten en pannen
altijd af alvorens deze op de keramische
glasplaat te zetten. De gekleurde
decoratie op de keramische glasplaat kan
door het gebruik slijten en krassen gaan
vertonen.
Kommentare zu diesen Handbüchern